Windjana Gorge Nat. Park
Voor zevenen sta ik weer beneden. Aan de sporen te zien is er flink wat bezoek geweest vannacht: slangen, vogels, kangoeroes dat sowieso. Ik hoop dat de ranger vanmiddag weer een kijkje komt nemen dan wil ik hem daar graag op aanspreken. Hij zal de sporen zeker herkennen. Daar ga ik tenminste van uit. Na het ontbijt meteen op stap naar de Windjana Gorge. Deze grenst aan de camping. Geweldig wat een omgeving. Als het paradijs al ooit geschapen is dan draag ik het deze vakantie in mijn rugzakje mee en pak het zo hier en daar uit. Dit is niet de enige plek die ik tot nog toe gezien heb en het predikaat paradijsje mee geef. De wandeling gaat over een pad langs uitgeslepen kalkstenen rotsen die verschillende fossielen bevatten. Ik moet eerlijk zeggen dat ik er maar een heb gezien. Daar waar stond “Zie je deze?” niets gezien. “Kijk hier heb ik wel een speciale kever. Mooi hè?’ En zo gaat dat maar door. We spreken met verschillende jongelui die op de een of andere manier al een tijdje door Australië trekken. Werken, wat geld verdienen en weer een poosje vakantie. Mooi om te zien hoeveel interesse zij tonen, maar vooral ook hun enthousiasme. De hele rivier staat op een kleine billabong na, helemaal droog. We lopen een stuk door de bedding van de Lennard rivier. In en rondom de billabong zijn een stuk of 15 krokodillen verzameld. Het is en blijft fascinerend dat je ze zo dicht kunt naderen. Natuurlijk blijft het altijd opletten. Ik zie en hoor iets merkwaardigs. Honderden vleervossen vliegen luid voor de grotten langs. De meesten lijken terug op weg naar hun verblijfplaats. Dat zie je normaal nooit. Die beesten zitten voor zonsopkomst weer op hun vertrouwde plek. Er moet daar binnen iets gebeurd zijn. Een jong stel uit Israël zegt een harde knal of klap of iets dergelijks gehoord te hebben, waarna de vleervossen massaal naar buiten kwamen, Dat roept vraagtekens op.??????
Rond elf uur zijn we terug, voor de grootste warmte. Aad stelt voor koffie te zetten en daarna naar onze volgende bestemming te rijden. Ik kies voor een verder rustige dag, ook voor hem. De afstand is weliswaar niet zo groot, maar toch. Weer een dag niet rijden en hier op dit unieke plekje blijven, in alle rust, heeft mijn voorkeur. Zalige Zondag. Doen we, prima!
Grappig om te zien hoe we er op een gegeven moment bijzitten. Ik zeg bij wijze van grap “Zo als half blinde en half dove houden we het hier wel uit.” Zonnebril op en van wc-papier gemaakte oordopjes in, en de vliegjes geven minder last. Ja, ze zijn een beetje irritant vandaag. Maar wordt het echt vervelend dan de vliegenhoed maar weer op.
Ik moet lachen als Aad probeert om via een pannendeksel een signaal op te vangen voor het satellietontvangertje dat we in de wagen hebben. Hij wil altijd zo graag op de hoogte blijven van het wereldnieuws. Je kunt het ook internetverslaving noemen. Tegen half vijf lopen we nog een keer op en neer naar de kreek. Heel fraai deze in de kleuren te zien van het gouden uurtje. Als we terug komen bij de Troopy zit er een ondeugende kangoeroe de boel leeg te vreten. Van de afval dus. Ik snap niet hoe het beest het klaar gespeeld heeft, maar het is hem wel gelukt. Nu de spullen nóg beter opruimen? Hoe dan?
Goed wij zijn aan een aperitiefje toe. We zitten weer, maar hebben ook onze beweging voor vandaag gehad. Een lekker drankje, dan eten en de zondag “uitzitten”. Ik geloof dat we in het ritme van andere kampeerders komen. Om half tien gaan we het bed in. Of eigenlijk óp. Tsjonge wat een weer vandaag zeg. Dus ook boven in het tentje is het warm. De wind helpt wel een handje mee, waait door de tent heen. Ook de ventilatortjes in het dak helpen iets. Niet veel, maar kleine beetjes helpen ook, toch? Ik bekijk door mijn “raam” nog even de sterrenlucht. Wat zijn ze hier helder. De maan helpt in deze stand nog niet echt mee, maar misschien lukt het ons nog om die sterrenlucht op de foto vast te leggen. Op naar een nieuwe vakantieweek. Wat zal die ons gaan brengen? Morgen in ieder geval op weg naar Derby.